Straatnaambord van de Struisvogellaan

Straatnaambord van de Struisvogellaan

Een frisse blik

Het Gooi is eeuwenlang een populair toevluchtsoord voor rijke Amsterdammers. Al vanaf 1634 kunnen ze hier kavels kopen en buitenplaatsen aanleggen, daar waar nu ’s-Graveland is. Met de komst van de treinverbinding tussen Amsterdam en Hilversum in 1874 komen er steeds meer welgestelden wonen in en rondom Hilversum. De vraag naar villawijken neemt toe. De invloed van de initiatiefnemers van deze wijken, niet alleen nieuwe bewoners maar ook projectontwikkelaars, is bijvoorbeeld zichtbaar in het Diergaardepark, met zijn karakteristieke straatnamen. Aan het begin van de twintigste eeuw wordt er in opdracht van Frans Ernst Blaauw (1860-1936), een eigenzinnige man die op zijn buitenplaats Gooilust zeldzame dieren en plantensoorten houdt, een plan bij de gemeente ingediend voor de aanleg van een villawijk: het Diergaardepark. Blaauw weet te bedingen dat hij zelf de straatnamen mag bedenken. Daarom vind je in deze wijk nog altijd straatnamen als Bisonlaan, Kraanvogelplein en Struisvogellaan, die verwijzen naar de dieren die Blaauw in zijn eigen dierenpark heeft. Kunstenaar en vriend van Blaauw, August Legras (1864-1915), verfraait de straatnaamborden met gedetailleerde tekeningen.