Op dit schilderij legt schilder Johan Breide een belangrijke gebeurtenis vast: de opgraving bij heuvel zeven van de Zeven Bergjes op de Zuiderheide tussen Hilversum en Laren. De Zeven Bergjes zijn grafheuvels uit de Bronstijd, zo’n vierduizend jaar geleden. Halverwege de negentiende eeuw deed Albertus Perk al onderzoek bij deze grafheuvels en hij vond urnen met botresten. In 1924 kwam archeoloog A.E. Remouchamps, verbonden aan het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden, naar de Zuiderheide. Hij vond een grafkuil met lijksporen, urnen, een bronzen dolkje en vuurstenen pijlpunten aan. Johan Breide woonde tussen 1916 en 1959 in Laren, waar hij in bestuur zat van de Vereeniging voor Beeldende Kunsten Laren-Blaricum.