De zandgronden rondom Hilversum zijn niet erg geschikt voor landbouw. Eeuwenlang is het houden van schapen daarom het enige vruchtbare gebruik van de grond. De schapen leveren wol, waardoor Hilversum kan uitgroeien tot een dorp met veel textielweverijen, de basis voor de latere tapijtindustrie. Voor de schaapherders is een kluttenschop een handig apparaat. Deze schop bestaat uit een lange tak met aan beide zijden een ijzeren stuk. Met de haak aan de bovenkant kan de herder een schaap uit de sloot trekken. Onderaan zit een schopje, waarmee de herder een kluit heidegrond kan gooien naar een schaap dat te ver is afgedwaald van de kudde.