Lion Schulman is nog maar net dertig als hij zijn schildersezel bij de Hilversumse Vaart plaatst om het werk Hondenbrug te schilderen. Schulman vindt in zijn geboorteplaats niet alleen zijn onderwerp maar ook zijn grote voorbeelden. Van James de Rijk (1806-1882) en J.H.B. Koekkoek (1840-1912) leert hij hoe je de natuur kan laten spreken. En geheel in lijn met de traditie van de Romantiek is bij het schilderen van een landschap of bosgezicht niet een waarheidsgetrouwe weergave van de locatie het uitgangspunt, maar het oproepen van emotie en de schoonheid van een omgeving. Toch vermeldt hij achter op het schilderij: “de ondergetekende verklaart vervaardigd te hebben dit land van de Gooische Vaart te Hilversum, 1881”. Het is echter niet mogelijk zo’n groot doek buiten te schilderen, hij zal het werk geconstrueerd en verfraaid hebben in de studio op basis van schetsen ter plaatse.